De eerste rechtszitting zal op 10 oktober in de hoofdstad Port Moresby van Papoea-Nieuw-Guinea plaatsvinden, volgens advocaten die de eisers vertegenwoordigen. "We zetten ons in om de rechtszaak tegen Rio Tinto en BCL namens de groep voort te zetten," zei Matthew Mennilli, partner bij het in Sydney gevestigde advocatenkantoor Morris Mennilli in een verklaring. "We hopen de eisers meer macht te geven nadat hun stem zoveel jaren lang niet werd gehoord en genegeerd.

" BCL, of Bougainville Copper Ltd, beheerde de Panguna mijn waarin Rio Tinto een meerderheidsbelang had. De mijn werd in 1989 stilgelegd toen gerelateerde geschillen uitmondden in een burgeroorlog die tien jaar duurde. Een woordvoerder van Rio Tinto bevestigde dat er een class action was ingediend en dat de details van de claim werden bekeken.

"Aangezien dit een lopende juridische zaak is, kunnen we op dit moment geen verder commentaar geven," zei hij. Rio Tinto heeft in 2016 haar belang van 53,8% in BCL overgedragen aan de regering van Autonoom Bougainville en de regering van Papoea-Nieuw-Guinea, zonder betaling. De mijnbouwer begon in 2022 met het beoordelen van de erfenis van de mijn en huurde een onafhankelijke groep in om de gevolgen te beoordelen en te overleggen over de volgende stappen.

Deze groep moet dit jaar verslag uitbrengen aan Rio. Class actions worden steeds vaker gebruikt door getroffen bevolkingsgroepen als een manier om een hogere schadevergoeding te krijgen van mijnbouwbedrijven voor schade. Meer d.