Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) stelt dat de culturele objecten onterecht zijn meegenomen naar Nederland tijdens de koloniale tijd. Het gaat om vier hindoe-boeddhistische beelden, in de eerste helft van de 19e eeuw meegenomen uit Java, en 284 objecten als wapens, munten, sieraden en textiel, die in 1906 na een oorlog tegen vorstendommen op Zuid-Bali naar Nederland waren overgebracht. De objecten uit de Rijkscollectie zijn tot nu toe beheerd door het Wereldmuseum, dat meerdere locaties in Nederland heeft.

De stukken worden vandaag overgedragen door het Wereldmuseum Amsterdam. De teruggave volgt op een verzoek van Indonesië en advies van de Commissie Koloniale Collecties onder voorzitterschap van Lilian Gonçalves-Ho Kang You. Het is de tweede keer dat een dergelijk advies van dit gezelschap, dat samenwerkte met de Indonesische repatriasi-commissie, wordt opgevolgd.

Cultuurminister Eppo Bruins vindt dat hij niet anders had kunnen besluiten. Hij spreekt van „objecten die nooit in Nederland hadden moeten zijn”. „In de koloniale periode is er vaak sprake geweest van roof en andere vormen van onvrijwillig bezitsverlies van cultuurobjecten.

Teruggave van deze objecten is materieel rechtsherstel”, aldus de minister. Vorig jaar werden voor het eerst objecten teruggegeven aan Indonesië en toen ook aan Sri Lanka. De commissie werkt nog aan adviezen over andere verzoeken van Indonesië en Sri Lanka en ook van Nigeria en India.

.