Geen goud voor de Nederlandse wegrensters, maar ‘het project’ is toch geslaagd

‘Project Pont d’Iéna’ had de Nederlandse wielrensters olympisch goud moeten opleveren. Het werd zilver, voor Marianne Vos.

1 month Ago


Twaalf jaar na haar gouden medaille in Londen, in de stromende regen op The Mall, had het schier onmogelijke werkelijkheid kunnen worden: nog een olympische titel, nu in de stralende zon, onder de Eiffeltoren in Parijs. Marianne Vos was er zo dichtbij. Samen met de Hongaarse Blanka Vas leek de 37-jarige Nederlandse op weg naar een sprint-à-deux.

De Belgische Lotte Kopecky en de Amerikaanse Kristen Faulkner bleven in een bloedstollende achtervolging lang op een handvol seconden hangen, kapot gereden naar het scheen, maar sloten in de ultieme kilometers van de olympische wegrace toch aan. De Amerikaanse aarzelde geen moment en demarreerde, het enige wat ze als niet-sprinter kon doen. Met één blik op haar rivalen, één moment van aarzeling, was Vos’ kans op de overwinning verkeken.

En zo eindigde ‘Project Pont d’Iéna’, het plan van Nederland om goud te winnen, in zilver. Het project, genoemd naar de brug bij de Eiffeltoren waar de streep getrokken was, moest voorkomen dat deze koers een herhaling van de Olympische Spelen in Tokio zou worden. Het peloton, en dan met name de sterke Oranje-selectie waar iedereen naar keek, verslikte zich toen in Japan volkomen in een vroege vlucht.

Vele minuten reed een groepje van drie bij het peloton weg. ‘Geen grote namen, die rekenen we zo wel in’, leek de gedachte. Het liep anders: de onbekende Oostenrijkse Anna Kiesenhofer bleek een taaie, ze liet haar twee medevluchters achter en won.

Ook omdat het Nederland niet lukte.

Copyright @ 2024 IBRA Digital