Shein, dat online topjes van $5 en jurken van $10 verkoopt, diende begin juni een vertrouwelijke aanvraag in voor een mogelijk kassuccesvolle beursgang in Londen, onthulde Reuters vorige maand. Het vermogen van de snelgroeiende, in China opgerichte groep om investeerders te overtuigen van de degelijkheid van haar business case zal bepalen of zij in staat is om de waardering van $66 miljard te evenaren die zij vorig jaar tijdens een fondsenwervingsronde bereikte. Critici van Shein, waaronder een aantal wetgevers in de Verenigde Staten en Groot-Brittannië, beweren dat het bedrijf vrijstellingen van douanerechten op laagwaardige pakketten gebruikt om onder de prijs van rivalen te gaan zitten en douane-inspecties te vermijden.

De Europese Unie bespreekt de afschaffing van de belastingvrije limiet, die momenteel is vastgesteld op 150 euro, als onderdeel van een douanehervorming die in mei 2023 wordt voorgesteld. Boven die grens geldt een invoerrecht van 17% voor bijvoorbeeld sportschoenen en van 12% voor T-shirts. "In mijn ogen is dit op dit moment de grootste onzekerheid voor deze beursgang," zegt Adil Shah, portefeuillebeheerder bij Delphi Funds, onderdeel van Storebrand in Oslo, dat aandelen heeft in retailer H&M.

Shah is van plan om de beleggingscase voor Shein te beoordelen zodra het bedrijf meer informatie geeft. In antwoord op vragen van Reuters over de bezorgdheid van beleggers zei Shein dat haar succes niet te danken is aan de belastingvrijstellingen, maar aan haar "on-.