De tijd dat Ajax met transfers en Europese premies dure selecties kon financieren lijkt voorbij – net nu de selectie schreeuwt om investeringen

Door de transfers van Timber, Kudus en Álvarez leed Ajax slechts een klein verlies. Maar spelers van dat kaliber heeft de club niet meer en Champions League-deelname is verre van zeker. Dus moet Ajax fors bezuinigen.

1 month Ago


Werp een vluchtige blik op de jaarcijfers van Ajax en je ziet een voetbalclub die een periode van uitzonderlijk sportief en bestuurlijk verval financieel redelijk doorstaat. Na een van de slechtste en meest turbulente seizoenen in de clubhistorie, waarin Ajax vijfde werd in de Eredivisie en Europees onbeduidend was, zijn technisch directeur al na een paar maanden ontsloeg én zijn president-commissaris door de achterdeur zag vertrekken, resteert een netto verlies van 9,8 miljoen euro. En dat bij een buffer van zeldzame proporties in het topvoetbal, in de vorm van een eigen vermogen van 226 miljoen euro.

Kijk iets langer naar de cijfers en een heel ander beeld doemt op. Van een club die, gewend geraakt aan succes, drijft op een even duur als kwetsbaar fundament van miljoenensalarissen en hoge afschrijvingen op in het verleden betaalde transfersommen. Een club die dit uitgavenpatroon jarenlang kon dekken met inkomsten uit Europees voetbal en transfers, maar die daar door twee dramatisch verlopen transferzomers steeds minder in slaagt.

Die, zoals het er nu uitziet, fors moet bezuinigen om te voorkomen dat het verlies volgend jaar in de tientallen miljoenen loopt. En dat terwijl Ajax kampt met een matige en onevenwichtige selectie, die juist om investeringen vraagt. Groot was de verbazing deze zomer toen het Ajax niet lukte vlak voor de transferdeadline buitenspeler Kamaldeen Sulemana binnen te halen als vervanger van Steven Bergwijn, die een paar uur eerder voor ruim 21 miljoen.

Copyright @ 2024 IBRA Digital