Met regisseur Peter Sellars en dirigent Teodor Currentzis engageerde de opera in Parijs twee ‘enfants terribles’ met sterrenstatus voor Rameau’s oorlogs- en broederliefdeopera ‘Castor et Pollux’. Maar helaas vat de match geen vlam.
5 days Ago
Het is een geliefd onderwerp op de wat rijpere borrel: „Ah, houd jij van opera?” „Ik niet meer nu regies vaak zo modern zijn.” Of: „Ik zie opera liever in de bioscoop, wat je daar ziet [producties van de New Yorkse Metropolitan Opera] is vaak nog zo lekker mooi en ouderwets.” Een Rosenkavalier met ruisende rokken of Don Carlos in fluweel: de hunkering naar voorstellingen die visueel aansluiten bij de handelings- of ontstaanstijd, is gemakkelijk invoelbaar.
Maar ook, vaak, nodeloos nostalgisch: als een regisseur de essentie van een opera doorgrondt en verbeeldt, maakt het immers niet uit of de aankleding van eiken en velours is, of van denim en Ikea-spaanplaat. Dan doet opera als totaaltheater zijn werk, en sleept de mix van spel, orkest en zang je onverbiddelijk mee. Regisseur Peter Sellars (67) maakte in de jaren 80 furore met zijn radicale theater, gevolgd door operaproducties die opzien én discussie baarden.
Denk: Mozarts Figaro in de Trump Tower, een Don Giovanni die frietjes at, een Händel waarin de coloraturen van Cleopatra onvergetelijk samenvielen met de door haar teen koket uit het zwembad omhoog geschopte waterdruppeltjes. Peter Sellars werd – veertig jaar wat oneerbiedig samenvattend in één zin – het gekoesterde enfant terrible van ten diepste geëngageerd, voor een betere, inclusievere en rechtvaardigere wereld agerend regietheater. En nu is er Jean-Philippe Rameau’s ‘tweelingen-opera’ Castor et Pollux (1737) in Parijs, een productie.
Copyright @ 2024 IBRA Digital