Het is verleidelijk om de chaostheorie toe te passen op de Amerikaanse president, schrijft Margriet van der Heijden. In de natuurkunde is chaos niet synoniem aan wanorde.
3 weeks Ago
Op het hoog gelegen plein voor het mooie wetenschapsmuseum in Barcelona staan twee glazen vitrines. In de ene hangt een slinger zoals in een ouderwetse slingerklok: een lange staaf met een gewicht eraan. Geef je hem een zetje, dan beweegt hij regelmatig heen en weer: tiktak, tiktak, de tijd verglijdt.
Beneden strekt de stad zich uit en verder weg de zee. In de andere vitrine heeft de slinger twee armen gekregen. Waren dat ook starre staven geweest, dan was de slinger een T geworden.
Maar ze hebben elk een los scharnierende ‘onderarm’ die, in rust, naar beneden hangt. Het been (of: de derde arm) heeft trouwens ook een los scharnierende onderste helft. Geef je deze ‘drie-arm’ een zetje, dan zwaaien al die ‘onderarmen’ krankzinnig heen en weer.
Alsof een dolleman een manische dans uitvoert tegen dat decor van de stad en de zee. Meer natuurkundig uitgedrukt: hier is sprake van ‘chaotisch’ gedrag. Echt onvoorspelbaar is zulk gedrag trouwens niet.
In principe kun je het, als je tenminste heel precies de beginsituatie kent, ook voor dit systeem exact berekenen. Wat het zo grillig maakt is dat die uitkomst (die dollemans-dans) volkomen kan veranderen zodra de beginvoorwaarden (het eerste zetje) ook maar een beetje variëren. Ik moest eraan denken omdat de natuurkundestudenten in Eindhoven vorige week een mooi symposium hadden georganiseerd over orde en chaos.
Onbedoeld sloot dat thema prachtig aan op de actualiteit. Want het is natuurlijk verschrikkelijk verleidelijk.
Copyright @ 2024 IBRA Digital