Wint de 29-jarige Timothée Chalamet straks de Oscar voor beste mannelijke hoofdrol, dan breekt hij met enkele maanden Adrien Brody’s oude record als jongste winnaar ooit – hij won in 2003 een Oscar als Joodse pianist Wladyslaw Szpilman in het Holocaustepos The Pianist. Het toeval wil dat alleen Brody dat kan voorkomen: als Hongaars-Joodse architect en Holocaustoverlever Lászlo Tóth in The Brutalist geldt hij als Chalamets grootste rivaal. De acteurs hebben een en ander gemeen.
Het zijn elegante (half)Joodse mannen uit een seculier, artistiek New Yorks milieu die al vrij jong succes hadden met acteren. Gezien hun slanke postuur en sensitieve uitstraling, maakten ze beiden vrij onverwachtse, succesvolle uitstapjes naar het actiegenre: Chalament in sf-epos Dune , Brody onder andere in Peter Jacksons King Kong (2005). Met zijn lange, delicate gezicht en melancholieke, half-verbaasde blik oogt Adrien Brody wat te verfijnd en aristocratisch voor actie.
Hij excelleert als kunstenaar, man van de oude wereld of slachtoffer. Hoewel hij ook – en best goed – een seriemoordenaar speelde, voelt dat niet echt als Adrien Brody, net zomin als de koele Spock van Star Trek of de flamboyante Joker van The Dark Knight, twee rollen waarvoor hij tevergeefs auditie deed. The Pianist was de film die Brody op de kaart zette én traumatiseerde.
Regisseur Roman Polanski wilde de acteur broodmager, Brody’s moeder trof hem op de filmset „angstaanjagend dun, met zwarte wallen onder zijn ogen” na zes weken op een dieet van water, eieren, kippenvlees en stukken van Chopin – Brody is een prima pianist. De 1.85 meter lange acteur was ingeteerd tot 57 kilo, toch hoorde de moeder Polanski haar zoon toesnauwen: „Heb je gegeten vandaag? Ik kan je daar maar beter niet op eten betrappen.
” Adrien Brody is geen method actor, maar heeft een reputatie van extreme inleving. Zelf wilde hij als beschermd opgegroeid moederszoontje voor The Pianist zelf ook „een fundamenteel gevoel van honger ervaren”, vertelt hij. En van isolement: hij verkocht zijn huis, auto en telefoon en dook onder in Parijs.
De film bezorgde hem naar eigen zeggen een eetstoornis, paniekaanvallen en slapeloosheid, maar hij bleef nadien extreem werken. Voor thriller The Jacket (2005), waarin hij in een tbs-kliniek belandt, liet hij zich langdurig in dwangbuis in een isoleercel opsluiten, tijdens survivalfilm Wrecked (2011) at hij mieren en wormen. Hij brak driemaal zijn neus bij opnames en liet hem bewust krom zetten: een unique selling point.
Een korreltje zout is wel op zijn plaats: Brody weet dat Hollywood zulke toewijding bewondert. Zelfmarteling acht hij als 51-jarige niet langer nodig, het leverde ook geen rollen op met de impact als The Pianist . Misschien mist hij een neus voor echt goede scripts; te vaak zag je hem in brave middlebrow, of matig genrewerk.
Zijn toewijding gaat niet heel diep; ooit liet hij zich ontvallen dat hij vooral rollen kiest „die hem leuk lijken”. Zoals zijn tot weinig verplichtende optredens in het circus-Wes Anderson; Brody speelde in The Darjeeling Limited, Fantastic Mr. Fox, The Grand Budapest Hotel, The French Dispatch en Asteroid City.
Ruim twintig jaar na The Pianist bemachtigde hij weer een echt substantiële rol, opnieuw als Holocaust-overlever in The Brutalist . Brody kreeg de rol toen Joel Edgerton na vertragingen niet langer beschikbaar was, maar Lászlo Tóth lijkt hem op het lijf geschreven. Deze Hongaars-Joodse architect bouwt een nieuw bestaan op in de Verenigde Staten, zoals Brody’s ouders in 1956 na de Hongaarse opstand naar New York emigreerden.
Zijn vader Elliot Brody, hoogleraar geschiedenis, is van Pools-Joodse komaf, zijn moeder, sterfotograaf Sylvia Plachy, dochter van een Hongaarse aristocraat en een Tsjechische vrouw die lang verzweeg dat ze Joods was. Volgens zijn moeder was Adrien Brody een geboren acteur: als scholier imiteerde hij bij thuiskomst mensen die hij onderweg had gezien. Op zijn dertiende trad hij als ‘The Amazing Adrien’ op als goochelaar bij kinderfeestjes; hij doorliep toneelopleidingen, debuteerde als dertienjarige op de bühne in een Off-Broadway-stuk en op televisie.
Brody belandde in 1993 op Hollywoods radar als de brutale tiener Lester in Steven Soderberghs King of the Hill, werd door misdaadfilm Bullet – met Tupac Shakur en Mickey Rourke – een bijna-ster, maar brak niet helemaal door. Ondanks films met Ken Loach ( Bread and Roses , 2000), Norman Jewison ( Liberty Heights , 1999) en Spike Lee ( Summer of Sam , 1999). Terrence Malick bezorgde hem zijn grootste trauma: zes maanden acteerwerk in oorlogsfilm The Thin Red Line (1998) eindigde op de montagevloer, Brody was geen vijf minuten in beeld.
Wint Brody in maart een tweede Oscar? Hij liep lichte averij op toen zijn Hongaars in The Brutalist met hulp van AI bleek te zijn gefatsoeneerd, maar geldt nog als favoriet. Wellicht levert het bonuspunten op dat hij bij de Golden Globes in tranen uitbarstte toen hij de brandweerlieden van Los Angeles prees. Gevoeligheid wordt in Hollywood op waarde geschat.
.
Vermaak
Adrien Brody liet expres zijn neus krom zetten, maar mist misschien de neus voor echt goede scripts
De acteur liet zich opsluiten, viel angstaanjagend veel af, at wormen, maar heeft desondanks slechts twee echt markante rollen op zijn naam staan, beide als Holocaust-overlever – eerst in ‘The Pianist’, nu in ‘The Brutalist’.