Aan huis gekluisterd: 'Een op de vijf Brusselse ouderen is ernstig eenzaam'

Eenzaamheid en sociaal isolement vormen een serieus probleem bij ouderen. Een op de vijf Brusselse ouderen heeft niemand om op terug te vallen bij moeilijkheden.

featured-image

Eenzaamheid en sociaal isolement vormen een serieus probleem bij ouderen. Een op de vijf Brusselse ouderen heeft niemand om op terug te vallen bij moeilijkheden. “En er blijft nog veel eenzaamheid verborgen omdat mensen het niet onderkennen of durven te benoemen.

” "Ja, er schuilt veel eenzaamheid in de stad, bij jongeren maar ook bij ouderen en zeker als er armoede mee gemoeid is.” Johnny De Mot, al veertig jaar pastoor in het centrum van Brussel, wordt elke dag met het probleem geconfronteerd. “Van oudere parochianen hoor ik vaak dat de mis hun enige uitje van de week is,” vertelt hij.



“De stad is heel anoniem geworden. Het De Brouckèreplein, een winderige vlakte zonder zitbank, oogt ongezellig. Heel wat dienstverlening blijkt geautomatiseerd.

Voor ouderen zijn er zoveel plekken van contact weggevallen. Hun stamcafé bijvoorbeeld. De cafés gingen nog sneller dicht dan de kerken.

” Zijn vaststelling zet het onderwerp van Brussel Helpt dit jaar op scherp: wat is eenzaamheid? Rond dat begrip bestaat veel verwarring. Mensen denken algauw dat iemand die vaak alleen vertoeft wel eenzaam zal zijn en dat iemand met een groot sociaal netwerk geen eenzaamheid kent. Dat klopt niet, zeggen wetenschappers, die een onderscheid maken tussen eenzaamheid en sociaal isolement.

Eenzaamheid is een gevoel – het gevoel dat de kop opsteekt als je over minder sociale contacten beschikt dan je wenst en je als individu niet verbonden voelt met anderen. Sociaal isolement daarentegen is de objectieve situatie waarbij mensen geen of nauwelijks sociale contacten onderhouden. “Een zekere vorm van eenzaamheid is geen probleem,” meent Jan Claeys die onderzoek rond het thema doet voor hogeschool Odisee.

“Het hoort bij het leven. Iedereen voelt zich weleens eenzaam. Het kan een prikkel zijn om na te denken over je leven, herinneringen te koesteren en om iets aan je omstandigheden te veranderen.

” Eenzaamheid wordt volgens hem pas een probleem als het gevoel lang aanhoudt. “Dan kan het leiden tot echte vereenzaming, waarbij mensen zich altijd verder terugtrekken uit sociale netwerken en relaties, tot ze zo sociaal geïsoleerd raken dat ze zelfs geen toegang meer vinden tot de normale dienstverlening en hun rechten als persoon niet meer laten gelden.” Omdat eenzaamheid subjectief is, is het een lastig meetbaar fenomeen.

De resultaten van eenzaamheidsenquêtes hangen af van de manier waarop de vragen gesteld worden, de leeftijd van de ondervraagden en wat er precies gemeten wordt. Zo kondigt de VRT de nieuwe editie van De Warmste Week aan met de stelling dat een op de twee Vlamingen zich soms eenzaam voelt. In onderzoeken naar ernstige eenzaamheid (‘vaak’, ‘altijd’) liggen de resultaten gelukkig een stuk lager.

Voor specifieke cijfers over ernstige eenzaamheid bij Brusselse ouderen moet professor Liesbeth De Donder, die aan de VUB het Society and Aging Research Lab leidt, teruggrijpen naar het laatste ouderenbehoeftenonderzoek dat haar onderzoeksgroep uitvoerde voor de Stad Brussel in 2009. Toen bleek dat 20,9 procent van de oudere Brusselaars zich vaak eenzaam voelde, ruim een op de vijf dus. Een recent rapport uit 2022 van het Brussels Observatorium voor Gezondheid en Welzijn bevestigt dat cijfer: 21 procent van de Brusselse 65-plussers kan niet of nauwelijks rekenen op anderen bij ernstige problemen en krijgt amper aandacht.

Eenzaamheid heeft allerlei oorzaken. Jan Claeys linkt het aan de transities die iedereen doormaakt. “Bij ouderen zijn dat de pensionering, het verlies van partner of vrienden en de verhuizing naar een kleinere woning of een woonzorgcentrum.

” Er zijn nog risico’s die vereenzaming in de hand werken. Gezondheidsproblemen, waardoor mensen vaak aan huis gekluisterd zijn en sociale contacten verliezen. Vandaar dat de kans op eenzaamheid het grootst is bij de oudste ouderen, tachtigers en negentigers, die vaak zorgbehoevend zijn.

Alleen wonen vormt ook een risico, en de helft van de Brusselse 80-plussers, meer vrouwen dan mannen, leeft alleen. Daarnaast spelen ook sommige sociaaleconomische factoren een niet geringe rol: laagopgeleiden blijken vaker eenzaam dan hoogopgeleiden. Of de impact van geld.

Mensen met een laag inkomen hebben het moeilijker om een sociaal leven te onderhouden. Ze kunnen het zich minder vaak veroorloven om op café of uit eten te gaan. “Armoede is absoluut een vereenzamende factor,” zegt Claeys.

“Daarom liggen de eenzaamheidscijfers in Brussel hoger dan in Vlaanderen. Een andere reden is dat in Brussel veel mensen wonen met een migratieachtergrond, die soms de weg en de taal niet kennen.” Ook de typische eigenheid van de grootstad – de anonimiteit – en het toegenomen individualisme eisen hun tol.

Mensen varen veel meer dan vroeger hun eigen koers, maken hun eigen keuzes, maar daardoor is de vanzelfsprekende sociale inbedding – de kerk, de vereniging – langzaam weggevallen. “Idem met de digitalisering,” zegt Inge Janssens van het Brussels Ouderenplatform (BOp), dat een hele waaier aan activiteiten voor senioren organiseert. “Digitalisering kent leuke kanten, grootouders kunnen met hun kleinkinderen in de VS facetimen, maar er is een keerzijde.

Oudere mensen hadden vroeger op een heel natuurlijke manier minstens vier of vijf keer per dag aanspraak, met de bakker, die hen kende, de bankbediende, de kruidenier, de postbode en de vaste buschauffeur. Intussen zijn er veel buurtwinkeltjes verdwenen, er zijn amper nog loketten en heel veel diensten zijn gedigitaliseerd. Een kaartje bij de buschauffeur kopen kan niet meer en in cafés moet je vaak met een QR-code bestellen.

” Door die veranderingen, nog versneld sinds corona, raakten ouderen soms tegen wil en dank in een isolement. “Het strafste is dat er nu projecten worden opgezet om die sociale contacten die vroeger organisch ontstonden, te vervangen.” Janssens leidt een maandelijkse praatgroep waar mensen kunnen vertellen over hun welbevinden en wat hen bezighoudt.

“De grote stad biedt ook voordelen, merk ik. Er zijn zoveel mogelijkheden voor ouderen die bezig willen blijven. En er is het uitgebreide netwerk van de MIVB.

Ja, er zijn tachtigers en negentigers die nog fluks door Brussel reizen met bus, tram en metro.” Het onveiligheidsgevoel, kapotte roltrappen en opgebroken trottoirs zijn wel spelbrekers. “Er zijn mensen die om die redenen soms de deur niet uitkomen.

Met een rollator kom je moeilijk over een loopplank heen.” Eenzaamheid kan ziek maken. In chronische vorm weegt het op de mentale en fysieke gezondheid.

Het kan leiden tot verslavingen, angsten, depressies, een verstoord immuunsysteem en hart-en vaatziekten. Eenzamen hebben een hogere kans op dementie en op voortijdig sterven.Brussel kende al meerdere zeer pijnlijke eenzaamheidsdrama’s: sociaal geïsoleerden die pas maanden of jaren na hun overlijden gevonden worden.

Zo werd in mei vorig jaar in een flat van een van de zes torens van huisvestingsmaatschappij De Lakense Haard in de Noordwijk het lichaam ontdekt van Valery O. een zestiger van Congolese origine die al maanden, mogelijk anderhalf jaar eerder bleek te zijn overleden. Zijn lichaam werd bij toeval ontdekt.

Niemand, noch de buren, noch de Lakense Haard die geen huur meer ontving, noch het OCMW dat het leefloon stopzette, trok aan de alarmbel. Directeur Christophe Pourtois van de Lakense Haard legt uit hoe dat kon. “Het was een uitzonderlijk geval.

Het lichaam was gemummificeerd, zodat er voor de buren amper geurhinder was. De brievenbus puilde uit, maar dat gebeurt wel vaker bij huurders. Sommigen zitten vier, vijf maanden per jaar in het buitenland.

Mogelijk ook dat de man niet zou opendoen, mocht een sociaal assistent hebben aangebeld. Hij nam nergens meer aan deel, en had alle contact met de buitenwereld en met zijn familie en buren verbroken.” “Mensen hebben trouwens het recht om zo te leven, ook in een sociale woning,” zegt Pourtois.

“Zonder beslissing van de rechter kunnen wij niet zomaar naar binnen, behalve bij hoogdringendheid.” De Lakense Haard was volgens de directeur bezig met een gerechtelijke procedure wegens wanbetaling tegen zijn huurder. “Er waren aangetekende brieven en een ingebrekestelling verstuurd.

Maar voor je iemand uit huis kan zetten, gaan er maanden voorbij, zeker met het winterverbod.” Het had wellicht geholpen, zegt Pourtois, als het OCMW de dienst had gewaarschuwd toen het leefloon van de man werd stopgezet, omdat er geen reactie kwam op de jaarlijkse controle-oproep. “We hebben ondertussen wel afgesproken dat ze ons verwittigen in zo’n geval.

” Detectie van eenzaamheid en sociaal isolement is moeilijk, zegt Inge Janssens van het BOp. “Er is veel verdoken eenzaamheid. Daar heb je weinig grip op.

” Wat het zo ingewikkeld maakt, is dat eenzaamheid vaak omgeven blijkt met schaamte, verdriet en ontkenning. “Het is een taai taboe, dat het zwaarst doorweegt bij de stille generatie, de oudste ouderen die soms de oorlog nog hebben meegemaakt. Ze zijn opgevoed met het principe: je lost je problemen zelf op en zwijgt erover.

“ “Wij moeten heel veel tijd steken in het zoeken naar en identificeren van eenzame of sociaal geïsoleerde ouderen,” zegt ook Sarah Callens, directeur van het Brusselse burenhulpnetwerk Accolage. “Sommige mensen komen zelf naar ons toe, omdat ze zich eenzaam voelen, maar er zijn er veel meer die het niet beseffen of niet durven te benoemen. Het vraagt best wel wat moed om toe te geven dat je je eenzaam voelt.

” Mensen vinden die sociaal geïsoleerd zijn, is volgens haar nog moeilijker. “Daarom werkt Accolage zoveel mogelijk samen met huisartsen, gezondheidscentra, apothekers, kinesisten, thuiszorgdiensten en OCMW’s.” Wat hopelijk ook helpt, is de toegenomen wereldwijde aandacht voor het probleem, zowel in de pers, bij overheden als bij wetenschappers.

Japan en het Verenigd Koninkrijk stelden ondertussen een eenzaamheidsminister aan en de Wereldgezondheidsorganisatie richtte een speciale commissie op. De vorige Vlaamse regering werkte een eenzaamheidsplan uit en in Brussel trok de Vlaamse Gemeenschapscommissie geld uit voor steun aan taboedoorbrekende initiatieven. Ook de Stad Brussel kwam met een ouderenplan.

Eenzaamheid terugdringen blijkt een lastige opgave. In Brussel zetten de Lokale Dienstencentra en organisaties als Accolage en Bras dessus Bras dessous in op ontmoeting en ondersteuning. Die laatste twee proberen oudere eenzame mensen uit hun isolement te halen door hen in contact te brengen met mensen uit de buurt.

“Soms lukt het om op die manier de diepe eenzaamheid weg te nemen, soms niet,” zegt Accolage-directeur Callens. VUB-professor Liesbeth De Donder noemt eenzaamheid ook een collectieve verantwoordelijkheid. Zij werkt mee aan het project Lonely Planet van VUB, HIVA en Thomas More, dat de relatie onderzoekt tussen eenzaamheid en de inrichting van de buurt.

“Dat gaat over de fysieke inrichting – is er genoeg zitplek, groen en bewandelbare ruimte? – maar ook over de aanwezigheid van winkels, openbaar vervoer, een ziekenfonds en een bank met loketten. De overheid heeft een belangrijke rol in het initiëren van die zaken.” In de Bijstandskerk en de Finisterraekerk doet pastoor Johnny De Mot het op zijn manier: na de wekelijkse misviering organiseert hij telkens een aperitief.

“En het maakt me niet uit of de mensen voor de mis of de porto komen. Het is ook niet de bedoeling dat ik de preek nog eens doorneem. Het gaat om het samenzijn.

”.